Persbericht in gemeenschappelijk vakbondsfront
Dienstencheques in gevaar? Ja, maar als de vos de passie preekt, boer pas op je ganzen!
De werkgevers uit de sector van de dienstencheques trekken vandaag aan de alarmbel en kaarten de precaire financiële situatie van de sector aan. Ze eisen een lineaire verhoging van de inruilwaarde per dienstencheque met 5 euro, ongeacht het statuut van de aanbieder.
Als vakbonden van de socialprofitsector willen we graag enige nuance aanbrengen in het verhaal dat vandaag in de media wordt gebracht. Want als de vos de passie preekt, boer pas op je ganzen.
De dienstenchequesector is onderverdeeld in 2 grote groepen: de commerciële bedrijven enerzijds. De vzw’s en openbare diensten, die geen winstbejag nastreven, anderzijds. Deze laatste groep zijn de social of non- profit organisaties.
Het klopt dat het water aan de lippen staat van veel social profit organisaties. Dat de loonvoorwaarden in de sector beneden alle peil zijn, staat ook buiten kijf. De situatie waarin deze organisaties zich bevinden zomaar veralgemenen naar alle bedrijven, getuigt van een immens opportunisme vanwege de commerciële sector. We worden in die vaststelling gesterkt door de cijfers die de bevoegde overheid uitbrengt: die geven aan dat 66% van de sector geen financiële problemen kent. De vakbonden die de werknemers in de commerciële sector vertegenwoordigen, klagen al jaren aan dat het geld verdwijnt in de zakken van de aandeelhouders, niet zo bij de vzw’s. Bij een lineaire verhoging passeren ook winstgevende bedrijven nogmaals langs de overheidskassa.
Het is algemeen bekend dat de socialprofitsector meer omkadering biedt aan het personeel, extra inspanningen doet op vlak van vorming en begeleiding van hun werknemers, en gunstiger lonen betaalt. Het kost enige inspanningen, maar er wordt vaak ingezet op sociaal overleg en het sluiten van akkoorden met de vakbonden. Koken kost geld, wat resulteert in financiële marges voor de socialprofitsector die kleiner of negatiever zijn dan die voor de commerciële bedrijven. De werkgevers in de socialprofitsector aan dat we niet meer kunnen spreken van winstmarges, maar van verliesmarges. De financiering door de overheid volgt de stijging van de kosten niet, wat ervoor zorgt dat een uur dienstverlening met dienstencheques intussen meer kost aan een vzw, dan dat het opbrengt. Elk uur dienstverlening maakt de put binnen de vzw’s dus dieper. De overheid verzaakt hierbij al jaren aan haar verpletterende verantwoordelijkheid richting aanbieders maar vooral ook richting de werknemers binnen die sector. We laten als vakbonden niet na om dit op elk overleg met de bevoegde overheden te benadrukken, maar tot op vandaag blijft het roepen in de woestijn.
Wij delen als gemeenschappelijk vakbondsfront uit de sector van de social profit dus de vaststelling die de vzw’s maken, maar hoeden ons enorm voor de gretigheid waarmee de commerciële sector bij monde van Federgon mee aan de alarmbel trekt en op de kar springt.
Wij steunen als gemeenschappelijk vakbondsfront een verhoging van de financiering voor de social profit sector. Dit via geoormerkte middelen die in eerste instantie moeten toegewezen worden aan de vzw’s en moeten dienen voor het verbeteren van de loonvoorwaarden van de betrokken werknemers, het verbeteren van de omkadering en het personeelsbeleid in de organisaties, en het herstel van de financiële gezondheid van de vzw’s. Het is net op die eerste twee punten dat de vzw’s het verschil maken en kunnen blijven maken. Want wat binnen de commerciële sector - die gedreven wordt door aandeelhouders met louter financiële belangen - gebeurt met eventuele bijkomende financiering, behoeft geen tekening. Dus stop de vrijblijvende financiering: subsidies moeten aan voorwaarden gekoppeld worden én het gebruik ervan moet grondig gecontroleerd worden.
Heb je nog vragen?
Neem dan gerust contact op met je ACLVB-secretariaat.