Persbericht in gemeenschappelijk vakbondsfront
Onfatsoenlijke werkgevers!
De werkgevers uit de dienstencheques trekken aan de alarmbel en vragen een verhoging van de dienstencheque met vijf euro. Dat grote commerciële dienstenchequebedrijven deze eis durven stellen, is gewoon schandalig. Wij tonen al jaren aan dat er geld is in de sector, maar dat het niet goed wordt besteed.
Een studie zonder geloofwaardigheid
De werkgevers beweren dat de sector op instorten staat. Hun eenzijdige financiële analyse, uitgevoerd door een bedrijf dat ze zelf betaald hebben, kan alleen maar partijdig zijn en weerspiegelt niet de realiteit van de sector. Volgens de meest recente gegevens van de bevoegde overheid heeft de meerderheid (66%) van de dienstenchequebedrijven geen financiële problemen. Het klopt dat bepaalde kleinere bedrijven en bedrijven met sociale doelstellingen het financieel moeilijk hebben. Maar de meeste huishoudhulpen werken voor grote, commerciële bedrijven die nog steeds zeer winstgevend zijn.
Vandaag jammeren twee van de grootste werkgevers (het Poetsbureau en Groep Daenens) in de pers, terwijl ze zelf het voorbeeld zijn van de oligarchen in de sector die geld gebruiken voor alles behalve de huishoudhulpen. BNP Paribas Fortis is niet voor niets al jaren aandeelhouder van het grootste bedrijf in de sector!
Deze dienstenchequebedrijven investeren hun geld liever in andere activiteiten (bedrijfsovernames, uitkering van overdreven dividenden, investeren in andere activiteiten,…) dan in de huishoudhulpen. De bedrijven die wél in de werkneemsters investeren, voornamelijk vzw’s et sociale ondernemingen, verdienen het gesteund te worden.
Stop de geldpomp - overheidsgeld moet naar de huishoudhulpen gaan
De terugbetalingswaarde van de dienstencheque forfaitair verhogen voor alle bedrijven is geen oplossing. Het systeem moet helemaal herbekeken worden, zodat elke euro ten gunste van de huishoudhulpen is. Voor de vakbonden moet de financiering gekoppeld worden aan strikte voorwaarden.
De door de werkgevers voorgestelde oplossingen zijn problematisch. Het argument dat er nauwelijks nog winst is, is helemaal van de pot gerukt. Het hele systeem is destijds ontworpen als sociaal instrument. Dienstencheques werden in het leven geroepen om huishoudens, drukbezette mensen en alleenstaande moeders te helpen tijd vrij te maken, maar ook en vooral om mensen met een afstand van de arbeidsmarkt aan een job te helpen en hun integratie in de werkwereld en maatschappij te verzekeren. De vakbonden eisen een terugkeer naar de fundamenten van het systeem. Overheidsgeld moet gebruikt worden voor de huishoudhulpen! Het is belangrijk dat politici zich afvragen wat er nu met dat geld gebeurt.
De werkgevers proberen de focus te leggen op hun moeilijkheden en geven in werkelijkheid niets om het welzijn van hun personeel. We vragen al negen (!) maanden de toepassing van de welzijnswetgeving. Uit een inspectierapport is namelijk gebleken dat de meerderheid van de dienstenchequebedrijven zich niet houdt aan de meest elementaire welzijnsregels! Werkgevers die de wet niet naleven, die de deskundigheid van de inspectiedienst niet erkennen, die hun huishoudhulpen niet respecteren en die ministers in diskrediet proberen te brengen als ze opkomen voor deze werkneemsters verdienen geen cent meer.
Ter herinnering: de sector wordt voor 70% met overheidsgeld gesubsidieerd. Wij zijn en blijven van mening dat publiek geld gebruikt moet worden voor het (financieel) welzijn van de huishoudhulpen en niet om een rijke minderheid van aandeelhouders verder te verrijken. Daarom vragen we aan de politiek: wees niet naïef en staar je niet blind op deze bevooroordeelde studie; kies voor de hardwerkende huishoudhulpen en verbeter hun situatie!
Nog vragen?
Neem dan gerust contact op met je ACLVB-secretariaat.