Hoeveel drama’s, studies en aanbevelingen van parlementaire commissies zijn er nog nodig om onze kinderopvang te redden?
Iedereen die de Vlaamse kinderopvang een warm hart toedraagt, verslikte zich in zijn koffie toen hij Minister van Begroting Diependaele op 7 september in De Ochtend hoorde spreken over de begrotingsbesprekingen en het budget dat hij voor de opvang wil vrijmaken. Wat we hoorden voorspelt niet veel goeds voor deze veelgeplaagde sector die al jaren in een diepe crisis verkeert.
Minister Diependaele denkt niet dat een grote investering in de kinderopvang nodig is. Hij wil naar eigen zeggen met zo weinig mogelijk middelen zoveel mogelijk plaatsen creëren. Dat wil hij doen zonder in te zetten op een structurele verbetering van de werk- en arbeidsomstandigheden van kinderbegeleiders/onthaalouders. Vooral meer subsidies voor onthaalouders zou de oplossing zijn, aldus de minister. Het tekort aan kinderopvang zal opgelost worden door de kinderopvangplaatsen te reserveren voor ouders die aan het werk zijn.
Met die puur kwantitatieve logica zit de Minister op de beleidslijn van het verleden. Een beleidslijn die ons gebracht heeft in de crisis waarin we vandaag zitten. De Vlaamse kinderopvang is structureel ondergefinancierd. Internationale vergelijkingen met landen die een gelijkaardige intensiteit aan opvanggebruik hebben tonen dat aan. We creëren opvang aan één tweede tot één derde van het budget van deze landen. Er is totaal geen marge om geld weg te halen bij één type opvang en het te geven aan een ander type opvang. Zelf de best gesubsidieerde voorzieningen zijn ondergefinancierd.
De grote problemen waar de kinderopvang mee kampt zijn dus niet op te lossen met een herziening van het financieringssysteem ten nadele van de groepsopvang en ten voordele van de onthaalouders. Ook onthaalouders zitten op hun tandvlees, misschien nog wel het meest van allemaal. Een te groot aantal kinderen per begeleider maken het werk voor alle kindbegeleiders, in de groepsopvang én in de gezinsopvang onhaalbaar. Onze kinderen krijgen op dit moment niet voldoende emotionele en pedagogische ondersteuning. Voor de begeleiders en voor de kinderen is deze situatie niet meer vol te houden. Er moet dringend een oplossing komen.
En de opvang reserveren voor werkende ouders? Dat is op dit moment al de realiteit, zie het recente WSE-onderzoek naar de link tussen kinderopvang en tewerkstelling. De ouders die niet werken of een opleiding volgen, kunnen door de schaarste slechts uitzonderlijk terecht in de opvang. Hoe we op deze manier 80% tewerkstelling zullen halen, is een raadsel. Want als we meer mensen aan het werk willen, zullen die ook beroep moeten kunnen doen op de opvang. Wat ons en ook de Europese Commissie betreft is kinderopvang een basisdienstverlening voor alle gezinnen. Aan een breed maatschappelijk draagvlak om te investeren in kinderopvang is ook geen gebrek. Het moet de ambitie zijn van de Vlaamse regering om voor iedereen kwalitatieve, betaalbare kinderopvang mogelijk te maken.
We herinneren aan de zeven actiepunten die het Consortium Kinderopvang vorig jaar op tafel legde. Sommige zijn deels aangepakt, maar lang niet alle. Dit is wat nodig is: verlaag de ratio. Zet in op voldoende en voldoende kwalitatief personeel met aandacht voor betere basisopleiding, doorgroeimogelijkheden en ruimte tot levenslang leren. Zorg voor een aantrekkelijke sector door in te zetten op betere loon- en arbeidsvoorwaarden, onder andere door correcte statuten die de nodige sociale bescherming bieden (komaf maken met schijnzelfstandigheid, werknemersstatuut onthaalouders uitrollen …). Zet in op de uitbouw van omkadering met diverse functies en opleidingsniveaus. Stimuleer keuzevrijheid door te voorzien in voldoende, toegankelijk, betaalbaar en kwalitatief hoogstaand aanbod. Zorg voor financiële leefbaarheid van de organisatoren en realiseer de beloofde groeipaden. Zet in op monitoring met specifieke aandacht voor pedagogische kwaliteit, evalueer de zelfevaluatietool en open het debat over inspectie. Veel van deze actiepunten werden onderschreven door een brede groep stakeholders verenigd in de Toekomstgroep Kinderopvang.
Op de korte termijn moet de begeleider-kindratio echt naar beneden. Dat vergt personeel en dus goede arbeidsomstandigheden, maar ook een goede omkadering. Alle verbeteringen samen zullen een grote financiële investering vereisen, minstens een verdubbeling van het volledige budget dat nu naar de Vlaamse kinderopvang gaat. We beseffen dat het een gefaseerde aanpak zal vragen, maar we wijzen op de dringende noodzaak om nu de eerste stappen te zetten. We rekenen op de Vlaamse regering om die investering te doen. Pas dan zullen we van de kinderopvang als basisdienstverlening kunnen spreken.
Nog vragen?
Neem dan gerust contact op met je ACLVB-secretariaat.
Like onze Facebook-pagina en volg het laatste nieuws over de Non-Profit via https://www.facebook.com/aclvbnonprofit/.