In het APCB weigert het VBO, die er de werkgevers van de grote bedrijven vertegenwoordigt, een collectieve arbeidsovereenkomst af te sluiten op basis van de wet Peeters. Het aanvullend paritair comité voor bedienden is het grootste paritair comité van het land waaronder meer dan 400000 bedienden (in diverse sectoren zoals de groothandel, IT-bedrijven, bouw, dienstenbedrijven allerhande) ressorteren.
Eind dit jaar loopt de huidige opleiding collectieve arbeidsovereenkomst af. Deze CAO hield nog geen rekening met de nieuwe modaliteiten (groeipad naar 5 dagen opleiding per jaar) voorzien in de wet Peeters. Afspraak was gemaakt om voor eind 2018 te onderhandelen op basis van deze wet Peeters. Deze onderhandelingen hebben niet geleid tot een akkoord. Dat is wat wij vandaag hebben moeten vaststellen op de vergadering van het paritair comité.
De vakbonden stellen een gebrek aan ambitie en visie vast in hoofde van de werkgevers. De transformatie die de arbeidsorganisatie ondergaat in de sector vraagt nochtans om bijkomende inspanningen op het vlak van opleiding in functie van nieuwe/andere kennisverwerving en competenties voor de bedienden van de sector en/of werkzoekenden. De vakbonden betreuren daarom dat de werkgevers in deze belangrijke sector een akkoord weigeren met meer inhoud op het vlak van de definitie van de opleidingen, programmatie van de verhoging van het aantal dagen, individualisering van opleidingsrecht enz.
Het APCB is altijd een voorloper geweest op het vlak van de opleiding van werknemers en werkzoekenden. Het was de eerste sector die al in 1990 een paritair beheerd opleidingscentrum heeft opgericht en werk maakte van een individueel vormingsrecht voor de bedienden van de sector.
Het VBO schijnt nu een eind te willen maken aan de vooruitgang waarvoor het APCB altijd heeft gestaan.
Een heel beperkte en onvoldoende verhoging van het aantal vormingsdagen, koppelde het VBO tijdens de onderhandelingen aan een afbouw van het individueel vormingsrecht die al sinds 1990 van toepassing is in de sector.
Ook een nieuwe visie op inhoud van de vorming werd resoluut afgewezen. Op een ogenblik dat iedereen de mond vol heeft van aanpassing van de competenties van de werknemers in functie van de transformaties die de arbeidsmarkt ondergaan en dat gevraagd wordt nieuwe initiatieven te nemen in het kader van het debat over kritieke functies en knelpuntberoepen, is de houding van het VBO onbegrijpbaar.
Dit belooft niet veel goeds aan de vooravond van de onderhandelingen van een nieuwe interprofessioneel akkoord.
De vakbonden beraden zich over verdere acties om de legitieme rechten van de werknemers van de sector af te dwingen.