Persbericht in gemeenschappelijk vakbondsfront !
In het Brussels Gewest zullen de klanten vanaf 01/01/2023 1 à 2 euro meer betalen per dienstencheque. Van deze extra inkomsten gaat echter geen enkele eurocent naar de huishoudhulpen. Voor elke euro die de klant meer betaalt, zal de Brusselse overheid een euro minder subsidies geven. Een schandalige besparingsoperatie op de rug van de meest precaire werknemers.
De Brusselse regering is nochtans goed op de hoogte van de zeer moeilijke situatie waarin de Brusselse huishoudhulpen zich bevinden. De Brusselse regering bestelde zelf een studie waaruit blijkt dat het maandelijks brutoloon van een Brusselse dienstenchequewerknemer 975 euro bedroeg in 2020; en dat zo’n 10% van de huishoudhulpen arbeidsongeschikt is. Een percentage dat stijgt met de anciënniteit: van de huishoudhulpen met 15 jaar anciënniteit is bijna 20% arbeidsongeschikt.
De vakbonden roepen de Brusselse regering dan ook op om de extra inkomsten te gebruiken om te investeren in meer koopkracht en in betere arbeidsomstandigheden voor de 27.000 Brusselse huishoudhulpen. Dat was trouwens ook het unanieme advies dat de Brusselse sociale partners 4 maanden geleden bezorgden aan de bevoegde Minister van Werk, Bernard Clerfayt. De vakbonden hebben concrete voorstellen gedaan aan de Minister: gebruik de extra inkomsten om de lonen te kunnen verhogen en een vorm van arbeidsduurvermindering te kunnen invoeren voor de 50plussers. Ze vragen ook een aanpassing van het financieringsmechanisme, zodat dienstenchequebedrijven die investeren in meer vorming en een betere omkadering hiervoor de nodig middelen krijgen. Hiervan is niets terug te vinden in de voorstellen van de Minister.
Minister Clerfayt beweert al 2 jaar dat hij wil investeren in betere arbeidsomstandigheden voor de huishoudhulpen; maar van concrete maatregelen of budgetten hebben de vakbonden nog niets gezien. Zo zou de Minister, bedrijven willen verplichten om een minimum aan vorming te voorzien en een minimale arbeidsduur willen invoeren. Ook zouden bedrijven verplicht worden om een schriftelijke overeenkomst af te sluiten met de klanten, met daarin ook bepalingen die het welzijn van de werkneemsters ten goede zouden moeten komen. Bedrijven zouden hun huishoudhulpen beter moeten begeleiden, via individuele en collectieve gesprekken. Op zich goede intenties maar ze blijven vaag, onzeker en veel te beperkt. Om de werkomstandigheden van de huishoudhulpen echt te verbeteren zijn meer verregaande maatregelen noodzakelijk. De zogenaamde “verbetering van de arbeidsomstandigheden” is dus een dun laagje verf om te verbergen dat de Brusselse hervorming van de dienstencheques een louter budgettaire operatie is.
Brusselse regering, neem je verantwoordelijkheid en zorg voor deze zwakke werknemersgroep. Het is gewoon schandalig dat jullie extra geld vragen aan de klanten om die dan in de eigen zak te steken.