Wat met het zogenaamde recht om te werken, of het recht van de werkgever om het bedrijf te doen draaien?Wel, daar waar het stakingsrecht een collectief grondrecht is, zijn de andere twee dat niet.
Er bestaat bijvoorbeeld niet zoiets als een recht om te gaan werken. Vaak wordt foutief verwezen naar onze grondwet, doch die grondwet bevat een recht op arbeid in de zin van 'de overheid moet ervoor zorgen dat er jobs zijn voor de mensen'. Vrijheid van arbeid betekent in eerste instantie dat mensen het recht hebben om vrij een job te kiezen.
Als er al een bepaald recht op arbeid bestaat, dan is dat het recht van een werknemer, op basis van zijn arbeidsovereenkomst, ten opzichte van de werkgever. Die laatste heeft zich ertoe verbonden om de werknemer tewerk te stellen als een goede huisvader. Als hij echter weigert te luisteren naar de belangen van de werknemers, dan is het de werkgever die in gebreke is, en dus niet de stakers die opkomen voor de rechten van alle werknemers.
Stakingsrecht
Op deze pagina:
Staken: laatste, enige middel om onderhandelingspositie van werknemers te doen respecteren
Wetmatigheden waar men niet omheen kan
Een onderneming bestaat uit de combinatie van werkgever en werknemers
Een ondernemer met een plan heeft werknemers nodig om dat plan te realiseren. Er zullen vacatures uitgeschreven worden voor de aangeboden functies, daarop zal door geïnteresseerden gereageerd worden, en dat zal leiden tot de aanwerving van werknemers. Een goede samenwerking kan resulteren in grootse successen voor de werkgever en een fijne werkplek voor de werknemer, in balans met zijn privéleven.
De definitie van een arbeidscontract, namelijk een overeenkomst waarin een werknemer afspreekt bepaalde prestaties te leveren in ruil voor een loon, vat in het kort een resem zaken samen die een werkrelatie omschrijven. Wanneer een van beide factoren (de prestaties of het loon in al hun vormen en eraan vasthangende factoren) verkeerd loopt of als de balans scheef geraakt, kunnen discussies of problemen ontstaan. Het is dus voor zowel de werkgever als de werknemer belangrijk een goed evenwicht tussen de twee te vinden.
De werknemer staat in ondergeschikt verband ten opzichte van de werkgever
De relatie die op dat ogenblik ontstaat tussen de werknemer, of een groep van werknemers, en de werkgever, is er een van een ondergeschikt verband. Dat maakt precies het grote verschil uit tussen het statuut van een zelfstandige en het statuut van de werknemer.
Tijdens de, hopelijk zo lang mogelijke tewerkstellingsperiode, is het de werkgever die beslist over de organisatie van het werk, de werktijden en het beleid, en is hij verantwoordelijk voor het genomen economisch en financieel risico. Ook al is de lijn niet altijd even duidelijk, het is belangrijk te onderstrepen dat een werkgever dus 'baas' is over het werk, en ook een en ander kan eisen rond het gedrag van de werknemers, maar dan wel in relatie tot het werk en/of het bedrijf. De werkgever verstrekt dus werk en is niet de baas over het hele leven van het individu.
Anderzijds volstaat het de werknemer niet louter het werk te doen, maar zijn er ook bepaalde verwachtingen rond het gedrag: wie bijvoorbeeld zijn collega’s pest, kan daar niet zomaar mee wegkomen, zelfs al vervult hij of zij de job voor het overige correct.
Gezond verstand langs beide kanten is zoals vaak het belangrijkste.
Het recht op informatie, consultatie en overleg tussen werknemersafgevaardigden en de werkgever is wettelijk gegarandeerd
De door de werkgever genomen beslissingen hebben uiteraard impact op de werknemers. De Europese Commissie bevestigde dat besluitvorming in de onderneming een aanzienlijke invloed heeft op onder meer het menselijk besef van waardigheid en onafhankelijkheid van de werknemer en het besef ook dat werknemers belangen hebben bij het functioneren van de ondernemingen. Het recht op informatie en consultatie en de daarmee gepaard gaande werknemersbetrokkenheid zijn dan ook sociale grondrechten die rechtstreeks raken aan de fundamentele en onaantastbare kern van ieder grondrecht, met name het waarborgen van een menswaardig bestaan.
Daarenboven bestaat in België het recht op het creëren van een overlegorgaan in ondernemingen vanaf 20 werknemers (Syndicale Delegatie), of hoger indien zo vastgelegd, vanaf 50 werknemers (Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk) en vanaf 100 werknemers (Ondernemingsraad). Via deze organen kunnen werknemersafgevaardigden zich bekommeren om de rechten van de werknemer én de veiligheid, groei en de beste omstandigheden van het bedrijf an sich.
Bij een geschil is het stakingsrecht van de werknemer een grondrecht
Wanneer het overleg tussen werkgever en werknemer echter spaak loopt, of er zelfs totaal geen sprake is van een overleg, terwijl een belangrijk onderwerp voor de toekomst van de werknemer op tafel ligt (bv. wijziging van de arbeidsuren, sluiting van een afdeling, verbetering van de werkomstandigheden, enz.), dan is het stakingsmiddel het laatste (en enige) drukkingsmiddel dat de werknemers/werknemersvertegenwoordigers hebben om de balans tussen de onderhandelingspositie van werkgever en werknemer terug in evenwicht te brengen.
Het stakingsmiddel voert beide partijen uiteindelijk terug naar de onderhandelingstafel en brengt de balans tussen de twee 'machten' opnieuw in evenwicht.
Uiteraard is dit een drukkingsmiddel dat geenszins de veiligheid van mensen in het gedrang mag brengen.
Het is dan ook belangrijk even terug te grijpen naar de hogergenoemde definitie van een arbeidsrelatie en de opmerking dat een werkgever niet de baas is van het individu maar van diens werk, om de logica ervan te staven (en een wijdverspreide misvatting te counteren): wie arbeid verricht, krijgt hiervoor een loon. Wie staakt, doet gewoon zijn arbeid niet … en krijgt dan ook geen loon.
Het gaat over economische druk die wordt uitgeoefend op de werkgever, om hem te laten voelen dat zijn werknemers wel degelijk een onmisbare factor zijn om te komen tot groei en succes. De werknemer heeft uiteraard werk via de werkgever, maar de werkgever heeft een beter bedrijfsresultaat per werknemer; een staking herinnert de werkgever er dan aan wat er gebeurt als die factor er niet is.
Het stakingsrecht, erkend door Europa als een grondrecht, is meer dan het uiten van een stil protest. Het is een drukkingsmiddel, een machtsmiddel ten opzichte van de werkgever.
Het stakingsrecht en de uitoefening ervan
Het stakingsrecht en de uitoefening ervan staan meer dan ooit ter discussie. Vanuit verschillende hoeken worden pro en contra meningen geformuleerd over de huidige collectieve actiemiddelen.
Deze meningen zijn echter al te vaak niet gemotiveerd of steunen op geen of foute achtergrondinformatie. De ACLVB is van oordeel dat een degelijk standpunt pas ingenomen kan worden met voldoende kennis over de oorsprong en de inhoud van het onderwerp.
Daarom werd door de ACLVB een uitgebreide brochure gemaakt over het ontstaan en de stand van zaken betreffende het stakingsrecht in de privésector in België. Deze brochure kan hier gratis geraadpleegd worden.
Meer weten?
Nog vragen?
Heeft u een concrete vraag over de uitoefening van uw stakingsrecht, aarzel dan niet om contact op te nemen met onze afgevaardigde binnen uw bedrijf of met uw plaatselijk ACLVB-kantoor. Meer info vindt u in de Weetwijzer.
Download
Gerelateerde informatie & publicaties
Veelgestelde vragen
-
Wat met het zogenaamde recht om te werken?
-
Werkgevers moeten toch niet opdraaien voor stakingen tegen regeringsmaatregelen?
Geen eenvoudige vraag. Vast staat dat de wereld complexer is dan vroeger: een werknemer doet meer dan gewoon één taak, en arbeidsvoorwaarden bestaan uit meer dan een som geld. Je zou dus kunnen stellen dat hoe delicater een probleem is, hoe minder makkelijk het is om dit aan het publiek uit te leggen. Sommige werkgeversfederaties of politici durven de schuld al eens bij elkaar te leggen, terwijl ze even voordien nog rond de tafel zaten om bepaalde dingen af te spreken. Een kleine betoging aan een ministerie is misschien een symbolische actie tegen de juiste personen, maar zal bij een minister van slechte wil soms als enige resultaat hebben dat die zich zuchtend naar zijn bureau wurmt, terwijl hij bij stakende sectoren of bedrijven wel zal moeten nadenken over de gevolgen.
De werkgever kan, via zijn werkgeversafgevaardigden, druk zetten bij de regering om geen antisociaal beleid te voeren. Dus geheel uit de lucht gegrepen of verkeerd gericht zijn stakingen in dat geval niet. Wel is het zo dat het een minder evidente situatie is. -
Wat met de aansprakelijkheid van vakbonden voor feitelijkheden tijdens stakingen?
Het opzettelijk schade aanrichten is in België in elke situatie verboden, dus ook in een periode van staking. Er bestaan reeds gepaste sancties tegen dergelijke misdrijven, de politie kan ertegen optreden én kan sanctioneren. Daarvoor heeft men geen bijkomende vonnissen of beperkende maatregelen nodig.
Enkel in uitzonderlijke situaties, waarbij de werkgever het sociaal overleg uitgeput zou hebben en waarin het maatschappelijk belang en de veiligheid in het gedrang zouden komen, bestaat de mogelijkheid voor de werkgever om voorafgaandelijk een procedure voor de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg aan te spannen teneinde een bepaalde concentratie op privédomeinen of bepaalde handelingen te gaan verbieden. Wanneer die zich dan voordoen, kan er onmiddellijk opgetreden worden middels een gerechtsdeurwaarder.
Na enkele recente doch tegenstrijdige uitspraken hierover door verschillende rechters, is het voorlopig koffiedik kijken wat de zienswijze van de rechterlijke macht betreft omtrent het hanteren van zo’n eenzijdig verzoekschrift. Eén ding is (voorlopig) wel een zekerheid: de vakbonden kunnen niet aansprakelijk gesteld worden voor feitelijkheden die gepleegd zouden zijn tijdens een door hen georganiseerde betoging. En dat is logisch, ze vinden immers plaats in de openbare ruimte. Stel dat een fan van een wielrenner/voetbalploeg/muziekartiest na een wedstrijd/match/concert ruzie zoekt in een café of winkel, dan is dat logischerwijs niet de schuld van die wielrenner/voetbalploeg/muziekartiest, maar van dit individu, dat voor zijn baldadigheden logischerwijs door het gerecht zal vervolgd worden.