Open Vld sprak zich gisteren in de commissie sociale zaken uit over de in het regeerakkoord voorziene hervorming van de loopbanen: de regeringspartij vindt dat het gewicht van anciënniteit in de loonvorming nog verder moet worden verminderd. Dit komt niet uit de lucht gevallen. Volgens het regeerakkoord zou de regering werk maken van een loopbaanmodel waarin ‘werknemers een loon ontvangen dat meer overeenstemt met hun competenties en productiviteit, in plaats van een louter lineaire toename in functie van leeftijd en anciënniteit’.
Voor de ACLVB wordt de term ‘loopbaanmodel’ hier veel te kortzichtig geïnterpreteerd. Een loopbaanmodel impliceert meer dan een discussie over verloning. Het debat moet verruimd worden met andere factoren zoals werkdruk, psychosociale factoren, mobiliteit,... Bovendien is het onjuist te beweren dat alle werknemers steeds meer verdienen naarmate ze ouder worden. Ook op bedrijfsvlak worden vaak al collectieve afspraken gemaakt op maat van het bedrijf en haar werknemers omtrent individuele (supplementaire) verloning. En bij arbeiders bestaan nog niet eens barema's !
Die eenzijdige benadering van de hervorming van loopbanen is voor de ACLVB opnieuw een poging om werkgevers eenzijdig te bedienen en de druk op lonen opnieuw op te voeren.
De ACLVB meent wel dat het een goede zaak is om mensen aan de start van hun carrière meer te laten verdienen. Maar hoe rijm je dit met het voorstel van de regering om minimumlonen te verlagen voor jongeren tussen 18 en 21 jaar?
Bovendien kan men ook niet zomaar het verleden uit het oog verliezen: mensen hebben in het verleden een verwachtingspatroon omtrent hun loon opgebouwd. Dat kan je niet zomaar buiten spel zetten.