België kreeg maandag zijn jaarlijks Europees economisch rapport. Weinig verrassend roept de Europese Commissie België daarin op om de begroting op orde te krijgen. Wel opmerkelijk is het uitgesproken pleidooi om kansarmen en allochtonen een betere toegang te geven tot de arbeidsmarkt en beter te begeleiden in het onderwijs, alsook de erkenning dat België dringend meer publieke investeringen in onder meer transportinfrastructuur dient uit te voeren.
De Europese Commissie roept België op om in 2017 nog extra inspanningen te leveren in functie van het respecteren van de Europese begrotingsregels. Er moet dit jaar nog 0,3 % BBP (= 1,2 miljard euro) aan bijkomende maatregelen worden gerealiseerd om over 2016 en 2017 samen te voldoen aan de vereisten. Dit bovenop de 2,5 miljard euro aan maatregelen die in 2017 al werden getroffen. België moet dit jaar zoveel besparen omdat de vele lastenverlagingen die in 2016 aan de werkgevers werden toegekend slechts voor 1/3de gefinancierd waren, wat alle zware besparingen in 2016 teniet heeft gedaan. Ons land vermijdt maar nipt het zogenaamde strafbankje waarbij Europa bijzonder streng toekijkt op de sanering van de overheidsfinanciën, maar wordt wel aangemaand om meer inspanningen te doen om de overheidsschuld naar beneden te halen.
Beperkte kansen allochtonen nefast voor Belgische economie
België krijgt ook een ferme veeg uit de pan voor de beperkte kansen die kansarmen en allochtonen krijgen op de arbeidsmarkt en via onderwijs. In de leeftijdsgroep van 20 tot 64 jaar is amper 49,1% van de mensen geboren buiten de EU aan het werk. Van wie in België werd geboren, heeft 70,2% werk. Die kloof van 21,1% is de grootste in de EU. Deze cijfers zijn nog opmerkelijker als men weet dat 1 op 5 van de potentiële beroepsbevolking een buitenlandse herkomst heeft. De Europese Commissie trekt deze lijn ook door naar onderwijs en bijscholing: bij allochtonen is er meer sprake van vervroegd schoolverlaten en van lagere beroepskwalificaties.
De Europese Commissie stelt hiermee de economische toekomst van ons land in vraag. Als de kille, beredeneerde Europese Commissie zich al zorgen maakt over de gelijke kansen in onze samenleving, dan zou er bij de economische veranderingsregeringen in Vlaanderen en België toch een belletje moeten rinkelen. België moet in elk gewest meer ondernemen om allochtone bevolkingsgroepen te integreren. Onderwijs en opleiding zijn cruciaal om de participatie van laaggeschoolden op de arbeidsmarkt op te krikken. Dit wordt een essentiële uitdaging, zeker omdat het aantal leerlingen met een migratieachtergrond stijgt. Meer investeringen door zowel overheden als bedrijven zijn dan ook noodzakelijk.
Meer investeren in publieke infrastructuur en kenniskapitaal
Verder erkent de Europese Commissie eindelijk dat België dringend meer werk moet maken van meer publieke investeringen in onder meer transportinfrastructuur. Problematisch is echter dat de Commissie aanbeveelt om dit te financieren door middel van nog meer besparingen, wat in praktijk onmogelijk zal zijn en bovendien nauwelijks tot bijkomende economische groei leidt. De Commissie zou ruimte moeten geven om een deel van deze investeringen buiten de begroting te laten, aangezien deze zichzelf toch terugverdienen.
Ten slotte beveelt de Europese Commissie ook aan om de investeringen in kenniskapitaal en digitale technologieën te bevorderen, zodat het concurrentievermogen van de Belgische economie kan worden versterkt. Het is positief dat de Commissie erkent dat deze zaken veel belangrijker zijn dan de loonkosten, maar om dit te kunnen bereiken zal België in de eerste plaats werk moeten maken van het beter opleiden van studenten en werknemers en het voorzien van een voldoende sterke publieke infrastructuur. Op die manier kunnen de opportuniteiten die de digitalisering van de economie met zich meebrengt maximaal benut worden, terwijl de risico’s voor bepaalde doelgroepen worden beperkt.