In grotere bedrijven zal je voortaan als werknemer geen medisch getuigschrift (ziektebriefje) meer hoeven voor te leggen voor één dag afwezigheid door arbeidsongeschiktheid. Je zal dat maximaal drie keer per kalenderjaar kunnen doen.
Een nieuwe toevoeging aan de arbeidsovereenkomstenwet van 3 juli 1978 bepaalt dat je als werknemer driemaal per kalenderjaar niet verplicht bent een geneeskundig getuigschrift voor te leggen voor de eerste dag van arbeidsongeschiktheid.
Deze vrijstelling geldt zowel voor een arbeidsongeschiktheid van één dag als voor de eerste dag van een langere periode van arbeidsongeschiktheid. Je weet immers niet altijd van tevoren hoe lang je ziek zal zijn. Wanneer je na één dag arbeidsongeschiktheid vaststelt dat je gezondheidsprobleem langer zal duren, kan je dus ook van deze maatregel gebruikmaken. Dat om te vermijden dat je je arbeidsongeschiktheid met terugwerkende kracht moet laten vaststellen. Je moet in dat geval een ziektebriefje voorleggen vanaf de tweede dag van arbeidsongeschiktheid.
Wel dien je je werkgever nog steeds meteen en tijdig in te lichten van je arbeidsongeschiktheid.
Als je gebruik wil maken van de nieuwe vrijstelling, hoor je je werkgever onmiddellijk te laten weten op welk adres je tijdens je eerste dag van arbeidsongeschiktheid verblijft, tenzij het om je gewone thuisadres gaat dat bij je werkgever gekend is. Op die manier blijft een medische controle mogelijk.
Je bent overigens niet verplicht gebruik te maken van de vrijstelling, je kan er nog steeds voor kiezen om vanaf de eerste dag arbeidsongeschiktheid een ziektebriefje in te dienen.
Ondernemingen met minder dan 50 werknemers mogen van deze regeling afwijken
Kmo’s met minder dan 50 werknemers op 1 januari van het betrokken kalenderjaar hebben de mogelijkheid om van deze vrijstellingsregeling af te wijken. Ze moeten dan wel een nieuwe cao afsluiten of het arbeidsreglement in die zin wijzigen!
Deze nieuwe reglementering treedt in werking op 28 november 2022.