Het kabinet van pensioenminister Bacquelaine gaf de sociale partners deze week, en voor het eerst sinds de zomer, toelichting over het toekomstige stelsel van vervroegde pensionering voor mensen met een zwaar beroep. Die regeling treedt in 2019 in voege. Vakbonden en werkgeversorganisaties zitten na de vergadering met ernstige bedenkingen.
Het voorziene budget blijft ongewijzigd: 41 miljoen euro voor 2019, 72 miljoen euro voor 2020, en nadien meer naarmate mensen in aanmerking komen. Het gaat volgens de minister om maximale sommen, die telkens moeten voldoen voor zowel de private sector, als de openbare sector en de zelfstandigen. "Te laag!", waarschuwen de vakbonden.
Kennelijk bepaalde de regering het bedrag op basis van hypotheses die werden uitgewerkt door de Federale Pensioendienst. "Vreemd", zo oordeelt Sabine Slegers, Nationaal Secretaris ACLVB. "Het is voor ons een mysterie hoe de administratie dit bedrag kan berekenen zonder enige input vanop het terrein omtrent de te gebruiken parameters, zijnde fysiek zwaar werk, belastende werkorganisatie, een groter veiligheidsrisico en mentale of emotionele druk. Ik heb dus bij het kabinet aangedrongen op meer details."
Volgens de timing van minister Bacquelaine zal de Federale Pensioendienst verschillende scenario's ontwikkelen tegen december 2017, om die dan finaal af te ronden met de sociale partners en vervolgens om te zetten in wetgeving. Sabine Slegers: "Opnieuw: hoe en wanneer gaat de administratie dit doen? Op basis van welke parameters? Het is aan de sociale partners om die concreet te bepalen. Nu al heeft de administratie geen tijd."