PC 120-214: loon- en arbeidsvoorwaarden

Arbeidsduur

De gemiddelde wekelijkse arbeidsduur op jaarbasis bedraagt 37u20’.

Opgelet! In de praktijk wordt er vaak 40u per week gewerkt. Verder zijn er sectorale afspraken vastgelegd met betrekking tot overbruggingsploegen, werkbaar werk, feestdagen- en zondagsarbeid en nachtarbeid.

Arbeiders

Inhaalrustdagen en bijkomende vakantiedagen brengen de arbeidsduur van 40u/week naar 37u20’/week. Elke arbeider, die 33 dagen of meer gepresteerd heeft in het voorgaande jaar, heeft recht op 1 tot 4 bijkomende vakantiedagen in het lopende jaar. Deze dagen worden betaald door de vakantiekas Vacantex.

Arbeidsdagen in het voorgaande jaar (5-dagenweek)	Bijkomende vakantiedagen in het lopende jaar
228 dagen en meer	4
163 tot 227 dagen	3
98 tot 162 dagen	2
33 tot 97 dagen	1
Minder dan 33 dagen	0

In de eerste week van september van het lopende jaar krijg je je dagen uitbetaald. Ze bedragen 2% van het brutoloon (100%) van het voorafgaande jaar.

Bedienden

De modaliteiten van de arbeidsduurvermindering van 40u/week naar 37u20’/week worden op bedrijfsniveau geregeld.

Lonen

De indexberekening gebeurt per kwartaal. Wanneer de spilindex overschreden wordt, verhogen de lonen met 2%.

Op 01/07/2024 zijn de lonen geïndexeerd voor de bedienden. Je vindt de sectorlonen hier.

Op 09/07/2024 zijn de lonen geïndexeerd voor de arbeiders. Je vindt de sectorlonen hier.

• De notie "dubbele ploeg" wordt toegepast wanneer een ploeg (die kan bestaan uit 1 of meer mensen) wordt opgevolgd door een andere ploeg, die het werk verderzet. Het maakt daarbij niet uit of het gaat om roterende of wisselende ploegen. Zodra het werk in opvolgende ploegen is georganiseerd, is de "dubbele ploeg" van toepassing, ook op de werknemer die altijd in de vroege ploeg of altijd in de late ploeg werkt.
• De notie "enkele ploeg" wordt toegepast als werknemers niet in ploeg werken, zoals hierboven beschreven. Het concrete uurrooster is daarbij van geen tel. Als iemand bijvoorbeeld van 5 tot 13 uur werkt, maar zijn of haar werk wordt niet overgenomen door een volgende ploeg, dan is er geen sprake van een dubbele maar van een enkele ploeg.

Premies

Toeslagen

Er zijn loontoeslagen voor o.a. meestergasten en ploegenwerk (half- en volcontinu- en overbruggingsploegen). Een overzicht vind je in de overzichten van de sectorlonen.

Maaltijdcheques

Iedere werknemer heeft per effectief gewerkte dag recht op een maaltijdcheque.

Opgelet! De werknemers van de overbruggingsploegen hebben volgens een alternatieve telling recht op maaltijdcheques. De telling houdt rekening met het aantal gepresteerde uren, en niet alleen met het aantal gewerkte dagen.

Arbeiders

De cheque bedraagt € 5,2. De werkgever betaalt € 4,11, jij betaalt zelf € 1,09.

Bedienden

De cheque bedraagt € 4,45. De werkgever betaalt € 3,36, jij betaalt zelf € 1,09.

Reiniging, herstelling en onderhoud van werkkledij

• Stofjas of kiel: 0,61 EUR per effectief gepresteerde dag;
• Overall of pak (broek en jas/windpak): 1,19 EUR per effectief gepresteerde dag.

Opgelet! Deze toeslagen zijn enkel van toepassing voor de arbeiders.

Eindejaarspremie

De werknemers hebben recht op een eindejaarspremie. In de textielnijverheid wordt dit de aanvullende vakantievergoeding genoemd.

Arbeiders

Arbeiders die tussen 1 april van het voorbije jaar en 31 maart van het huidige jaar (referteperiode) hebben gewerkt in de sector, ontvangen een eindejaarspremie van 9,2% op het verdiende brutoloon (aan 100%) in de referteperiode.

De premie wordt betaald door het Sociaal Fonds in de tweede helft van december.

Bedienden

De bedienden ontvangen met het loon van de maand december een eindejaarspremie. Voorwaarde is dat zij ten minste 6 maanden anciënniteit hebben in het bedrijf.

Het bedrag van de eindejaarspremie schommelt in functie van de anciënniteit en de manier van verlonen (vast- of variabel loon):

• Vanaf 6 maanden en minder dan 12 maanden anciënniteit: 7,3% van het jaarloon;
• Vanaf 12 maanden anciënniteit:
  • een 13^de maand, overeenstemmend met het maandloon van december voor bedienden met een vast loon.
  • 8,33% van het jaarloon voor bedienden met een variabel loon.

Bedienden die geen volledig jaar in dienst zijn geweest, krijgen een pro rata eindejaarspremie (>< ontslag om dringende reden) en mits 6 maanden anciënniteit.

Tegemoetkoming voor kinderopvang

De werknemers hebben recht op een bijdrage in de kosten voor kinderopvang. Deze maatregel werd ingevoerd om de combinatie werk-privé financieel te ondersteunen.

Voor kinderen tot 3 jaar, wordt er 1 euro per kind en per dag betaald met een maximum van 150 euro per jaar.

De terugbetaling gebeurt door het Sociaal Fonds op basis van het fiscaal attest dat de kinderopvang uitreikt. Het opvangjaar 2024 is het eerste jaar waarvoor het recht op de aanvullende vergoeding geldt. De eerste betalingen gebeuren dus vanaf 2025.

Sectoraal aanvullend pensioen

Sinds 1 januari 2021 bestaat een sectoraal aanvullend pensioen in de textielnijverheid met volgende kenmerken:

• Type vaste bijdragen met een netto pensioenbijdrage van 1%.
• Pensioenopbouw vanaf 2020 via een startpremie.
• Solidariteitsluik: tijdens niet-gewerkte periodes (economische werkloosheid, ziekte en moederschapsrust) wordt in bepaalde mate verder gespaard.
• Overlijdensdekking.

Voor meer informatie kan je terecht op https://www.sefocam.be/textiel/. 

Buitenwettelijke vakantietoelage

In het kader van de invoering van het sectoraal aanvullend pensioen werd voor de oudere arbeiders, met een minder lange spaarperiode, het stelsel van de buitenwettelijke vakantietoelagen gecreëerd. Door dit stelsel hebben arbeiders die in SWT treden of met pensioen gaan, recht op 3 toelagen:

De bedragen van deze toelagen zijn de volgende:

• 1e buitenwettelijke vakantietoelage: 225 euro;
• 2e buitenwettelijke vakantietoelage: 175 euro;
• 3e buitenwettelijke vakantietoelage: 125 euro.

De arbeiders die in de jaren 2020 tot en met 2024 in pensioen gaan, hebben ook recht op de buitenwettelijke vakantietoelage. De bedragen van deze toelagen zijn:

Jaar van pensionering	1e jaar	2e jaar	3e jaar
2020	400 euro	200 euro	200 euro
2021	350 euro	150 euro	150 euro
2022	300 euro	100 euro	100 euro
2023	250 euro	50 euro	50 euro
2024	200 euro	50 euro	50 euro

Vervoerskosten

Vervoersmiddel	Tussenkomst
Trein	100%.
Privé-vervoer	Vanaf 5km enkel. 57% van het maandbedrag van de treinkaart in 2de klas. Er is per effectief gewerkte dag een tussenkomst. Het dagbedrag bekom je door het maandbedrag te delen door 21,66.
Ander openbaar vervoer	Bij een eenheidsprijs: 80% van de effectief betaalde prijs, maar met als maximum de werkgeversbijdrage in de prijs van de treinkaart voor een afstand van 7 km. Wanneer de prijs in verhouding staat tot de afstand: de werkgeversbijdrage is gelijk aan de werkgeverstussenkomst in de prijs van de treinkaart met een maximum van 80% van de werkelijke vervoerprijs.
Gecombineerd openbaar vervoer	80% van de prijs van het gebruikte vervoersbewijs.
Fiets	€ 0,27/km Max. 40km (heen en terug). Opgelet! De fiets moet worden gebruikt voor minstens de helft van de dagen gedurende drie maanden.

Opgelet! Voor arbeiders in wisselende overbruggingsploegen en de vaste nacht-overbruggingsploeg is de tussenkomst in de vervoerskosten gelijk aan 100% van de kostprijs voor het openbaar vervoer. Opgelet! Deze tussenkomst is niet gekoppeld aan een minimumafstand.

Verlofstelsels

Anciënniteitsverlof

Vanaf 15 jaar anciënniteit in het bedrijf, krijg je een extra dag verlof:

• 15 jaar anciënniteit: + 1 dag verlof;
• 20 jaar anciënniteit: + 2 dagen verlof.

Voor uitzendkrachten wordt de periode vanaf 1 januari 2017 als uitzendkracht, voorafgaand aan een contract van onbepaalde duur, meegeteld voor het toekennen van anciënniteitsverlof.

Specifieke afspraken arbeiders

Arbeiders die afgedankt worden ingevolge herstructurering, sluiting of faillissement na 1 januari 1999, behouden hun anciënniteit, voor zover zij binnen de 6 maanden terug in dienst treden bij een werkgever uit de textielnijverheid.

De arbeiders uit de overbruggingsploegen hebben ook recht op één (of twee) anciënniteitsdag(en). Een dag is gelijk aan 12 uur en moet betaald worden aan het loon van de overbruggingsploegen.

Specifieke afspraken bedienden

De regeling anciënniteitsverlof geldt voor de bedienden die op barema worden betaald.

Bedienden die worden afgedankt ingevolge faling, sluiting, herstructurering of meervoudig ontslag om economische redenen na 1 januari 1999, behouden hun anciënniteit voor zover zij binnen de 6 maanden terug in dienst treden bij een werkgever uit de textielnijverheid. De tewerkstelling als interim wordt hiervoor eveneens in aanmerking genomen.

Klein verlet

Werknemers mogen afwezig zijn, met behoud van loon, bij familiegebeurtenissen en staatsburgerlijke verplichtingen of om te verschijnen voor het gerecht.

In de textielnijverheid is het samenlevingscontract gelijkgesteld met een huwelijk. Hierdoor heeft de werknemer die een samenlevingscontract afsluit recht op 2 dagen klein verlet, te kiezen tijdens de week waarin de gebeurtenis plaatsvindt of tijdens de daaropvolgende week.

In geval een kind van de werknemer of van zijn echtgeno(o)t(e), van een broer, zuster, schoonbroer, schoonzuster, van de vader, moeder, schoonvader, stiefvader, schoonmoeder, stiefmoeder, van een kleinkind van de werknemer, een samenlevingscontract afsluit, heeft de werknemer recht op een dag klein verlet op de dag waar de gebeurtenis plaatsvindt.

Specifieke afspraken textielnijverheid

• Kind van de werknemer: wanneer het huwelijk, het aangaan van een samenlevingscontract, de priesterwijding of kloosterintrede, de plechtige communie, of het feest van de vrijzinnige jeugd van een kind niet samenvalt met een dag waarop in het bedrijf normaal gewerkt wordt, geldt de arbeidsdag die de gebeurtenis onmiddellijk voorafgaat of volgt. Deze regeling is ook van toepassing voor de werknemers uit de nachtploeg.
• Nachtploeg: De regeling klein verlet is volledig van toepassing op de nachtploeg. Voor gebeurtenissen waarvoor een dag klein verlet is voorzien, krijgt de nachtarbeider dus een nacht vrijaf. Dit is zelfs het geval wanneer deze gebeurtenissen zich op een maandag voordoen.
• Overbruggingsploegen: De wetgeving inzake klein verlet is ook van toepassing op de overbruggingsploegen. De kaderovereenkomst inzake de halve overbruggingsploegen voorziet dat er voor iedere dag klein verlet, 12 uur betaald moet worden. Deze bepaling is nog niet opgenomen in de kaderovereenkomst voor volledige overbruggingsploegen. In talrijke bedrijfsakkoorden is deze regeling echter wel voorzien.

Recht op deconnectie

Arbeiders en gebaremiseerde bedienden hebben recht op deconnectie. Dit houdt in dat de werknemer niet verplicht is om bereikbaar te zijn buiten de uren, tenzij in welbepaalde gevallen (bv. wachtdiensten). De bedoeling is om zo het evenwicht tussen werk en privé beter in evenwicht te houden.

De sociale partners in de sector hebben een CAO van onbepaalde duur afgesloten voor het recht op deconnectie. In deze CAO vind je de praktische uitwerking van het recht die de werkgever moet respecteren (bv. richtlijnen over het gebruik van digitale communicatiemiddelen).

Tijdskrediet en landingsbaan

Tijdskrediet geeft de werknemer het recht om hetzij de uitvoering van zijn arbeidsovereenkomst volledig te onderbreken, hetzij zijn arbeidsprestaties te verminderen tot 4/5-tijds of tot halftijds.

Een landingsbaan, ook wel eindeloopbaantijdskrediet genoemd, is een bijzondere vorm van tijdskrediet. Dankzij een landingsbaan kan je bijvoorbeeld tot aan je pensioen halftijds of slechts vier dagen per week werken.

Voor meer algemene informatie over dit thema, kan je hier klikken.

Op het niveau van de sector bestaan verschillende aanvullingen die de algemene regelgeving versoepelen. Met akkoord van de werkgever kan er bv. worden overgestapt van een ploegen- of nachtregime naar een dagregime en dit vanaf de leeftijd van 60 jaar (zachte landingsbaan). Het Sociaal Fonds komt voor een periode van 12 maanden tussen in het netto loonverlies volgens onderstaand schema:

• 1^ste t/m 4^de maand na overschakeling: 100 euro;
• 5ste t/m 8^ste maand na overschakeling: 75 euro;
• 9^de t/m 12^de maand na overschakeling: 50 euro.

Opgelet! De tussenkomst van het Fonds kan nooit meer dan 50% bedragen van het netto loonverlies.

Voor meer inlichtingen hieromtrent kan je terecht in je ACLVB-secretariaat.

Thematisch verlof

Elke werknemer heeft recht op een thematische verlof:

• palliatief verlof;
• verlof voor bijstand of verzorging van een zwaar ziek gezins- of familielid;
• ouderschapsverlof;
• verlof voor mantelzorg.

Voor meer inlichtingen kan je terecht in je ACLVB-secretariaat.

Werkloosheid

Werkloosheid wegens economische reden

In de sector bestaan verschillende afwijkingen op de algemene wetgeving.

Het begin van de schorsing, de duur van volledige- en gedeeltelijke werkloosheid, het maximum aantal werkloosheidsdagen en opeenvolgende schorsingen zijn beschreven. Ook de procedures aan de werknemers en de RVA zijn uitgewerkt.

Er bestaan meer bepaald afspraken:

• Voor de veredelingsbedrijven die voor rekening van derden werken en de bedrijven die uitsluitend voor rekening van derden “piqureren”.
• Voor de subsector van de breigoednijverheid.
• Regeling niet van toepassing op: de werkgevers en hun werklieden van het arrondissement Verviers; de ondernemingen die zakken in jute of in vervangingsmaterialen vervaardigen, verhandelen, herstellen, verwerken, reinigen of verhuren, voor zover ze niet tot het ressort van een ander paritair comité behoren; de handelaars in- en verwerkers of bereiders van strovlas, vlasvezels, vlasklodden, vlaszaad, vlasafval; vlasverzenders, in- en uitvoerders van vlas, vlasslijters, kafkuiserijen voor zover het gekuist kaf niet wordt gemengd, geconcentreerd of met melasse doortrokken veevoeder. Ook de ondernemingen welke loonarbeid verrichten in vermelde activiteiten of producten.
• Regeling niet van toepassing op: de werkgevers en hun werklieden uit de subsector breigoednijverheid en de werkgevers en hun werklieden van de veredelingsbedrijven die voor rekening van derden werken en van de bedrijven die uitsluitend voor rekening van derden "piqureren".

Aanvullende vergoeding bij economische werkloosheid

Vanaf 1 januari 2024 wordt de aanvullende vergoeding bij economische werkloosheid verhoogd met 0,60 euro en heeft de arbeider recht op de aanvullende vergoeding vanaf de 1^ste dag economische werkloosheid. Samengevat ziet de nieuwe regeling er als volgt uit (regeling zesdagenweek):

• Economische werkloosheid dag 1-86: De werknemer heeft recht op een aanvullende vergoeding van 6,62 euro per dag economische werkloosheid. 
• Economische werkloosheid vanaf dag 87: De werknemer heeft recht op een aanvullende vergoeding van 3 euro per dag economische werkloosheid.

De bedienden krijgen een opleg van 9,59 euro per dag economische werkloosheid. De betaling gebeurt maandelijks door de werkgever.

SWT

Het systeem van werkloosheid met bedrijfstoeslag (SWT | vroeger brugpensioen) is de laatste jaren grondig gewijzigd.

Voor specifieke vragen kan je steeds terecht in één van onze ACLVB-kantoren.

Hieronder geven wij een overzicht van de stelsels die vandaag van toepassing zijn voor alle werknemers van de Textielnijverheid.

REGIME SWT Textielnijverheid	LEEFTIJD	LOOPBAAN		GELDIGHEIDSDUUR VOORWAARDEN
		MAN	VROUW	BEGIN	EINDE
ALGEMEEN STELSEL	62	40	40	1/07/2023	30/06/2025
SWT ZWARE BEROEPEN (**)	60 (*)	35, waarvan 5/7 jaar in de loop van de laatste 10/15 jaar in zwaar beroep		1/07/2023	30/06/2025
SWT NACHTARBEID, BOUW EN ZWARE BEROEPEN (**)	60 (*)	33, waarvan 20 jaar nachtarbeid OF 5/7 jaar in de loop van de laatste 10/15 jaar in zwaar beroep		1/07/2023	30/06/2025
SWT LANGE LOOPBAAN (**)	60 (*)	40		1/07/2023	30/06/2025
MEDISCHE SWT	58	35		1/07/2023	30/06/2025

(*) De toegangsleeftijd voor de bijzondere stelsels SWT bedraagt sinds 1 juli 2021 60 jaar.

(**) De werknemers die in de bijzondere stelsels SWT stappen, zijn vrijgesteld van beschikbaarheid op de arbeidsmarkt.

Opgelet! Bovenop de werkloosheidsuitkeringen krijg je een aanvullende vergoeding.

De aanvullende vergoeding wordt betaald door de werkgever en valt volledig ten laste van het Fonds voor Bestaanszekerheid. Voorwaarde is wel dat de betrokken werknemer een bepaalde anciënniteit in de sector kan bewijzen, meer bepaald:

• 15 jaar in de sectoren textiel, breigoed, kleding, confectie, vlasbereiding en/of jute.
• Of 5 jaar in de sectoren textiel, breigoed, kleding, confectie, vlasbereiding en/of jute tijdens de laatste 10 jaren waarvan minstens 1 jaar in de laatste 2 jaren.

Tewerkstellingsverbintenissen

De tewerkstellingsverbintenissen zijn verlengd tot eind 2024. Dit betekent dat de werkgever niet zomaar mag overgaan tot ontslag.

Arbeiders

De werkgever mag niet overgaan tot ontslag om economische of technische redenen. Wil hij er toch van afwijken, dan moet hij een welomschreven procedure volgen van informatie en overleg met de syndicale overlegorganen. Indien de werkgever zich niet houdt aan deze voorwaarden kan de ontslagen arbeider een eenmalige forfaitaire schadevergoeding van 991,57 euro eisen.

Bedienden

De bediende die wordt ontslagen, moet binnen de 3 maanden na het einde van de arbeidsovereenkomst, vervangen worden door een bediende.

Sectorale vervangingsplicht bij SWT

Een SWT-er moet worden vervangen, binnen de maand na het verstrijken van de opzeg of binnen de maand na de verbreking van de arbeidsovereenkomst. Het is niet verplicht te vervangen in eenzelfde functie of afdeling, maar wel voor een gelijk aantal arbeidsuren en met een contract van onbepaalde duur.

In een aantal gevallen kan van deze vervangingsplicht worden afgeweken.

Ontslag andere reden

Wie om andere dan economische of technische redenen wordt afgedankt, moet binnen de drie maanden vervangen worden. Ook in dit geval is het niet verplicht te vervangen in eenzelfde functie of afdeling, maar wel voor een gelijk aantal arbeidsuren en met een contract van onbepaalde duur.

Opleiding

Opleidingsrechten

• Voor bedrijven vanaf 20 werknemers geldt het volgende individueel opleidingsrecht en bijbehorend groeipad:
  • 2024: 3 individuele opleidingsdagen per jaar
  • 2026: 4 individuele opleidingsdagen per jaar
  • 2028: 5 individuele opleidingsdagen per jaar
• Voor bedrijven met 10 tot 20 werknemers geldt het volgende individueel opleidingsrecht en bijbehorend groeipad:
  • 2023: 1 individuele opleidingsdag per jaar
  • 2026: 2 individuele opleidingsdagen per jaar
• Voor bedrijven met minder dan 10 werknemers doen de sectorale sociale partners een aanbeveling aan de bedrijven over het belang van vorming en opleiding.

COBOT Opleidingsfonds voor de textielindustrie

Cobot is het sectoraal opleidingscentrum voor de textielindustrie.

Zij adviseren en assisteren werknemers en kandidaat-werknemers uit de textielsector op diverse scharnierpunten van hun loopbaan.

Zij willen hen maximaal ondersteunen en begeleiden bij het ontwikkelen en versterken van hun competenties doorheen hun loopbaan.

Ook helpen zij textielbedrijven bij het uitwerken van een competentiebeleid en van een divers personeelsbeleid.

Voor meer informatie kan je terecht op de website van COBOT: https://www.cobot.be/.

Syndicale rechten

De werknemers van de textielnijverheid, die aangesloten zijn bij ons en in regel zijn met hun ledenbijdragen, hebben recht op een syndicale premie. De premie bedraagt € 145.

Arbeiders

Elke werknemer die op 30 juni in de sector werkt, heeft recht op een syndicale premie. Opgelet! Voor schoolverlaters is de refertedatum 30 september en interims vallen terug op de regeling ‘syndicale premie uitzendkrachten’.

Ook inactieven (werklozen, SWT-er, gepensioneerd of langdurig ziek) hebben – onder bepaalde voorwaarden – recht op een premie:

• Arbeiders of langdurig zieken jonger dan 50 jaar, die ontslagen worden (>< dringende reden), hebben recht op een syndicale premie gedurende 3 jaar.
  Voorwaarde is dat men volledig ononderbroken werkloos of arbeidsongeschikt blijft.
• Arbeiders of langdurig zieken ouder dan 50 jaar, die ontslagen worden (>< dringende reden), hebben recht op een syndicale premie gedurende 6 jaar.
  Ook hier is de voorwaarde volledig ononderbroken werkloos of arbeidsongeschikt.
• Werknemers, die in de sector werken tot aan hun pensioenleeftijd, hebben nog 6 jaar recht op een syndicale premie.
• Ook SWT’ers hebben gedurende 6 jaar recht op de premie tot het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd.

In de loop van de maand september krijgen de actieve arbeiders een aanvraagformulier van het Sociaal Fonds. Je moet het formulier zo vlug mogelijk overmaken aan ons. In de loop van de maand december krijg je dan je premie gestort.

Bedienden

Ook de bedienden hebben recht op de premie.

Voorwaarde is dat ze tenminste 1 dag gewerkt hebben in de sector.

Bedienden die gedurende tenminste één maand gewerkt hebben in de sector en daarop aansluitend werkloos worden, in voltijds tijdskrediet of met SWT of pensioen gaan, hebben ook recht op de premie.

De premie voor de bedienden wordt uitbetaald in februari.

Sociaal overleg

Bedrijven met meer dan 50 werknemers moeten een Comité voor preventie en bescherming op het werk oprichten.

Bedrijven met meer dan 100 werknemers moeten een Ondernemingsraad oprichten.

Door je als ACLVB lid kandidaat te stellen voor de sociale verkiezingen kan je verkozen worden, en op die manier je inbreng doen in het sociaal overleg.

Er kan ook een syndicale delegatie opgericht worden. Deze delegatie wordt dan bevoegd om collectieve arbeidsovereenkomsten voor de werknemers te onderhandelen.

Als afgevaardigde geniet je een bescherming en krijg je de nodige tijd om je syndicaal werk te doen. De ACLVB heeft trouwens een ruime waaier aan vormingen om je bij te scholen. Voelt u zich geroepen om syndicaal afgevaardigde te worden, en voel je je gesteund door je collega’s, aarzel dan niet om contact op te nemen met de ACLVB-secretaris in je regio.

Klik hier voor onze Wegwijzer. Je vindt er een samenvatting van de loon- en arbeidsvoorwaarden van toepassing in de sector. De Wegwijzer is een uitgave van de textielvakbonden. De inhoud houdt rekening met de sectorale CAO 2023-2024 en de sociale wetgeving van toepassing op 01/04/2024.