Net als werknemers hebben ook werklozen recht op vier weken vakantie per jaar. Als werkloze moet je tijdens deze periode niet beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt en mag je in het buitenland verblijven. Vakantiedagen duid je aan op je controlekaart met de letter “V”.
Heb je in 2021 nog arbeidsprestaties bij een werkgever geleverd en heb je dus recht op vakantiegeld voor 2022? Dan kan je voor deze dagen geen werkloosheidsuitkering ontvangen. Het vakantiegeld mag immers niet gecumuleerd worden met uitkeringen. Heb je in 2021 niet gewerkt, dan wordt je werkloosheidsuitkering doorbetaald tijdens je vakantieperiode.
Voorbeeld
Sarah werd eind september 2021 ontslagen. Op basis van deze tewerkstelling heeft zij recht op 18 dagen betaalde vakantie (3 weken, gerekend in een 6-dagenweek) in 2022. In juli 2022 is Sarah nog werkloos en wil ze 4 weken vakantie nemen. Dat kan, maar ze zal slechts voor 1 week werkloosheidsuitkeringen ontvangen. Voor de 3 andere weken heeft ze immers nog vakantiegeld ontvangen bij het einde van haar arbeidscontract in 2021.
Opgelet!
Door vakantiegeld gedekte vakantiedagen die je niet opneemt tijdens het jaar, worden in mindering gebracht van de uitkeringen in december. Plan dus tijdig je vakantiedagen in en spreid ze eventueel over verschillende maanden, zodat je op het einde van het jaar niet voor onaangename verrassingen komt te staan!
Je zal in september een brief van de ACLVB ontvangen. Hierin wordt het aantal dagen betaalde vakantie dat je nog moet uitputten vermeld. Ga je niet akkoord met deze berekening, neem dan contact op met je ACLVB-secretariaat. Als je ons de nodige bewijsstukken vakantiestrookjes, loonfiches of attesten van je werkgever) bezorgt, kan dit rechtgezet worden.