Gebeurden tijdens de sociale verkiezingen in jouw bedrijf onregelmatigheden die de verkiezingsuitslag hebben beïnvloed? Dan kan je – onder bepaalde voorwaarden - beroep aantekenen bij de arbeidsrechtbank.
Uiterste datum voor beroep bij de arbeidsrechtbank
Binnen de 13 dagen na de aanplakking van de uitslag van de stemming kunnen de werkgever, de werknemers of de betrokken representatieve werknemers- en kaderledenorganisaties beroep instellen bij de arbeidsrechtbank.
Het vertrekpunt van de termijn van 13 dagen is de dag van de effectieve aanplakking van de uitslag van de sociale verkiezingen, zelfs indien de aanplakking vroeger plaatsvond dan Y + 2 (Arbeidshof Bergen 19.05.2017).
Een beroep dat ingesteld werd op Y + 15 terwijl de uitslag werd aangeplakt op Y + 1 is laattijdig en dan ook onontvankelijk (Arbeidsrechtbank Brugge 09.07.2012).
Het beroep kan betrekking hebben op:
- een verzoek tot gehele of gedeeltelijke nietigverklaring van de verkiezingen
- de verbetering van de resultaten van de verkiezingen, in geval van fouten bij de telling van de stemmen, van de verdeling van de mandaten of de aanwijzing van de verkozenen
- de beslissing tot stopzetting van de procedure
- de aanduiding van de vertegenwoordigers van de werkgever in de raad of het comité
“De verbetering van een materiële vergissing is enkel mogelijk door tussenkomst van de arbeidsrechtbank. Zelfs indien de partijen de vergissing inzien en een nieuw proces-verbaal van de verkiezingen opmaken, is een uitspraak van de rechtbank noodzakelijk (Arbeidsrechtbank Brussel 10.06.2016).”
Het beroep moet niet alleen tijdig worden ingesteld, maar mag bovendien niet gesteund zijn op handelingen die aan de kiesverrichtingen voorafgingen (Hof van Cassatie 22.10.1984, Hof van Cassatie 17.12.1984).
Men moet voor de datum van de verkiezingen, te gepasten tijde, beroep aantekenen zodat de verkiezingsprocedure nog normaal kan verlopen.
De verkiezingen kunnen niet vernietigd worden op grond van een betwisting omtrent de samenstelling van de kiescolleges. De arbeiders en bedienden waren ondergebracht in een afzonderlijk kiescollege daar waar er een gemengd kiescollege had moeten worden opgericht. Er werd betreffende deze onregelmatigheid pas beroep ingesteld na de verkiezingen. De arbeidsrechtbank van Luik wees het beroep dan ook af omdat de vakorganisatie reeds eerder kennis had van deze onregelmatigheid en dus voor dag Y beroep had moeten aantekenen (Arbeidsrechtbank Luik, afdeling Dinant 13.07.2016).
Tot slot moet diegene die een zaak aanhangig maakt bij de rechtbank belang aantonen om ze in te dienen.
Zo verklaarde de Arbeidsrechtbank van Henegouwen, afdeling Binche, het beroep van een vakorganisatie tegen het verkiezingsresultaat, terwijl de gevorderde nietigverklaring van 2 stembiljetten geen enkele weerslag zou hebben op het verkiezingsresultaat, onontvankelijk, wegens gebrek aan belang (Arbeidsrechtbank Henegouwen, afdeling Binche 28.06.2016).
Indien de onregelmatigheden de uitslag niet beïnvloeden is er sprake van een gebrek aan belang (Arbeidsrechtbank Brussel 16.06.2016).
Ontbreken van opmerkingen in het proces-verbaal
De afwezigheid van opmerkingen in het proces-verbaal van de verkiezingen verhindert niet dat er een procedure kan worden ingesteld tegen de verkiezingsuitslag (Arbeidsrechtbank Eupen 14.07.2016). De verkiezingswetgeving raakt immers de openbare orde en geen enkele bepaling van de verkiezingswet vereist dat er opmerkingen in het proces-verbaal moeten voorkomen.
De afwezigheid van opmerkingen door de getuigen in het proces-verbaal kan wel de beslissing van de rechtbank beïnvloeden.
Zo veegde de Arbeidsrechtbank van Brussel de opgeworpen argumenten, dat het geheim van de stemming niet gewaarborgd was en de kiezers mogelijk beïnvloed werden, van tafel omdat in het proces-verbaal omtrent het chaotisch verloop van de stemming doordat op de laatste knip diende te worden uitgeweken naar een piepklein keukentje, geen opmerking was geformuleerd en de getuigen ook niet mondeling waren tussengekomen.
“Opmerkingen in het proces-verbaal zijn dus van groot belang in het kader van de bewijslevering van bepaalde feitelijkheden.”
Stemming per brief
De gronden op basis waarvan een stembiljet in geval van stemming per brief ongeldig worden verklaard, worden in de wet limitatief opgesomd, met name:
- de na het sluiten van de stemming binnengekomen stembiljetten
- de stembiljetten teruggezonden in een omslag waarop de handtekening van de kiezer ontbreekt
- de stembiljetten teruggezonden door een kiezer die reeds is komen stemmen in het stembureau
- de stembiljetten die door een kiezer zijn verstuurd in een omslag waarin zich verschillende stembiljetten bevinden
Stembiljetten van briefstemmers die zodanig gevouwen werden dat ze in een langwerpige omslag zouden passen en niet in vieren werden gevouwen, zijn gelet op de limitatieve opsomming in de verkiezingswet dan ook geldig (Arbeidsrechtbank Hasselt 23.06.2008).
Stembiljetten die te laat toekomen ingevolge een gebrekkige werking van de Post, zijn om bovenvermelde reden ongeldig. De gebrekkige werking van de Post heeft de werknemers niet in de onmogelijkheid gesteld om hun stem uit te brengen. De kiezer heeft door beroep te doen op de Post, het risico dat zijn brief te laat zou zijn gedekt. De vertraging bij de postdiensten is een ”jammer genoeg welbekend risico” (Arbeidsrechtbank Bergen 16.07.2008).
Een laattijdige aankomst van stembiljetten door technische problemen van de Post kan niet als overmacht worden beschouwd of worden verholpen door een akkoord tussen de werkgever en de vakorganisaties tot verdaging van de stemopneming (Arbeidsrechtbank Gent 27.06.2016).
De arbeidsrechtbank van Gent, afdeling Sint-Niklaas, besliste dat de ongeldigverklaring door het stembureau van 3 stembiljetten die per brief aan het stembureau werden toegestuurd, terecht was. De handtekening van de kiezers ontbrak immers op de buitenenvelop (Arbeidsrechtbank Gent, afdeling Sint-Niklaas 06.06.2016).
Het doet zich soms voor dat de stembiljetten de kiezers niet bereiken omdat ze naar het foutieve adres werden verstuurd. Heeft dit steeds een nietigverklaring van de verkiezingen tot gevolg?
Neen, oordeelde de arbeidsrechtbank van Gent. Het behoort immers tot de essentiële verplichtingen van de werknemer om een adresverandering door te geven aan zijn werkgever, te meer daar deze verplichting ook in het arbeidsreglement stond opgenomen. De gevolgen van deze nalatigheid kunnen niet op de werkgever worden afgewenteld (Arbeidsrechtbank Gent 28.06.2004).
Wanneer de oproepingen te laat verstuurd werden en op een groot aantal omslagen het adres ontbrak waarnaar de kiezer zijn stembiljet diende terug te sturen met als gevolg dat een aantal stembiljetten niet in aanmerking werden genomen en bepaalde kiezers niet aan de stemming hadden kunnen deelnemen, is er wel sprake van een nietigverklaring van de verkiezingen. De rechtbank beperkte de nietigverklaring wel tot de verplichtingen vanaf dag X+80 omdat de regelmatigheid van de verkiezingsprocedure voor de verzending van de oproepingsbrieven niet ter discussie stond (Arbeidsrechtbank Brussel 05.07.2000).
Aanwezigheid getuigen in het kieslokaal
Ook de aanwezigheid van getuigen in het kieslokaal gaf in het verleden aanleiding tot een gerechtelijke procedure waar de nietigheid van de verkiezingen werd gevorderd. Een getuige, die ook kandidaat was, liep in het kieslokaal rond met een T-shirt met op de rug de naam en het embleem van zijn vakbond en op de voorzijde een badge ervan. Volgens het arbeidshof was dit niet van aard om de uitslag van de verkiezingen te beïnvloeden. Volgens het arbeidshof was het dragen van propagandamateriaal in het stemlokaal wel laakbaar, maar daartegenover stond dat de aanwezigheid op zich van de getuige niet onregelmatig is. Deze aanwezigheid zelf heeft ongetwijfeld meer invloed dan het dragen van het T-shirt. Ook het feit dat niemand van het stembureau tijdens de kiesverrichtingen bezwaren had geuit en het feit dat de getuige al lange tijd bekendstond als boegbeeld van de vakbond, nam het arbeidshof in aanmerking om de vordering tot nietigverklaring af te wijzen (Arbeidshof Gent 04.09.2000).
Geldigheid stembiljetten
De ingevulde stembiljetten zelf geven ook steeds aanleiding tot betwistingen.
De verkiezingswet beoogt het geheim van de stemming te garanderen (Arbeidshof Brussel 12.12.2012).
De nietigheid van een stembiljet moet restrictief worden beoordeeld, aangezien de nietigheid de manifeste negatie van de wil van een kiezer inhoudt (Arbeidsrechtbank Gent, afdeling Aalst 15.06.2016).
De arbeidsrechtbank van Brussel oordeelde dat één stembiljet, met een stem die werd uitgebracht door het zetten van een kruisje met een blauwe balpen, gezien het beperkt aantal kiezers als ongeldig diende te worden beschouwd (Arbeidsrechtbank Brussel 06.07.2016).
De arbeidsrechtbank van Gent, afdeling Aalst besliste, in de situatie waarbij 2 stembiljetten die met een rode balpen waren ingevuld i.p.v. met de door de werkgever ter beschikking gestelde zwarte balpen, dat de 2 stembiljetten ten onrechte door het stembureau als ongeldig werden beschouwd. Er was geen sprake van een schending van het geheim van de stemming temeer daar ook een stemming per brief mogelijk was en het dus geenszins mogelijk was om de identiteit van de kiezer te achterhalen (Arbeidsrechtbank Gent, afdeling Aalst 15.06.2016).