Na de grote vakbondsbetoging van vorige week, krijgt morgen in de commissie sociale zaken van het federaal parlement de hoorzitting over de loonnormwet zijn beslag. De vakbonden verzamelden meer dan 87.000 handtekeningen voor deze parlementaire petitie, en voor het eerst in de parlementaire geschiedenis volgt er een hoorzitting na een dergelijke petitie. Tijdens deze hoorzitting zullen ACLVB, ABVV en ACV aan de parlementsleden duidelijk maken waar de loonnormwet rammelt. En waar oplossingen liggen. Dat is belangrijk, want alleen het parlement kan de loonnormwet aanpassen.
Het loondebat is in tijden van zeer hoge inflatie bijzonder actueel. De automatische loonindexering is noodzakelijk, maar volstaat niet. De nominale loongroei in 2022 is 5,6 % , maar de inflatie bedraagt 8,2 %. In de index zitten verschillende vertragingsmechanismen. Bovendien worden motorbrandstoffen niet meegerekend en wordt de prijsevolutie van stookolie afgevlakt. Lagere inkomenscategorieën spenderen ook een groter deel van hun inkomen aan energie.
Daarom moet het koopkrachtprobleem fundamenteel aangepakt worden en dat kan alleen als de loonnormwet aangepast wordt.
Als dit niet gebeurt, komt de faire verdeling van gecreëerde welvaart steeds meer onder druk. Dat proces is trouwens al jaren gaande: de reële lonen van Belgische werknemers liggen plat op de buik sinds de financiële crisis.
Er is ook ruimte voor hogere lonen. De winstmarges van bedrijven zijn historisch hoog, ook in vergelijking met onze buurlanden.
Daarom willen de vakbonden dat de loonnormwet aangepast wordt:
-
Een diepgaande hervorming van de wet van 1996 is absoluut noodzakelijk, met als prioriteiten:
- Herstel van het indicatief karakter van de loonnorm.
- Een correcte berekening van de loonhandicap (tax shift en loonsubsidies).
- Verleggen van de focus van loonkosten naar breder concurrentievermogen.
- Onvoorwaardelijk behoud van de automatische loonindexering en de baremieke verhogingen.